De drie jaar vlogen voorbij. Ik zat inmiddels in klas 8 van het Marnix college. In Nederland zou ik in de 3e klas van de Mulo terechtkomen. Mijn broer Joop een klas hoger en Ruud in de eerste. We begonnen ons voor te bereiden op de terugkeer naar Nederland, naar Leiderdorp. De laatste week op Curaçao brachten we door in een huisje aan de St. Michielsbaai. 's Nachts liepen er ratten in de keuken. Om onduidelijke redenen was de windbuks daar opeens. Er werd flink geknald, maar die beesten hadden een olifantshuid. Op 16 oktober 1963 scheepten we ons in. Het Ms Oranje Nassau zou ons richting Europa varen. Ik herinner me nog dat ik wat gemengde gevoelens had. Ik wilde niet terug, maar ik was ook wel nieuwsgierig hoe het in Nederland en met name in Leiderdorp zou zijn. Tijdens de reis moesten we dagelijks schoenen dragen. Ik weet nog dat het eelt dat ik in die jaren op mijn voeten had opgebouwd, er met vellen vanaf viel. Onderweg deden we minder havens aan dan tijdens de heenreis. Naarmate de reis vorderde werd de zee ruwer. Maar we waren dankzij die eerste zeemijlen in rustig water al aan de bewegingen van de boot gewend geraakt. We werden niet zo zeeziek als tijdens de heenreis.