Smaldeel V op bezoek

Hr.Ms. Pelikaan (1962)

Bij het hek van St Joris
Twee keer heeft pa ons meegenomen naar zijn werk op St. Joris. Hij was telegrafist en werkte dus op het zendstation daar. er was daar veel telexverkeer en ik zag voor het eerst hoe pa de seinsleutel bedienden om in morse tekens berichten te versturen. Ik zag ook papieren linten met gaatjes, die na een mechanische vertaling in tekst op papier werd afgedrukt. Het was een ruimte vol mechanische en piepende geluiden, waarin papier een belangrijke rol speelde. Naast het gebouw stond een hoge zendmast.
Hij nam ons ook een keer mee naar de haven. Dat was in maart 1962. Toen heb ik het vliegkampschip Karel Doorman met een aantal andere schepen en onderzeeboten zien aankomen. Ze maakten deel uit van Smaldeel 5. Tijdens het afmeren van het schip zag ik nog hoe twee bouten van de romp van de Doorman afsprongen toen de wal geraakt werd. Ik zag daarna het aantal dikke lagen verf wat door de tijd heen op de huid was getjet.
Later ben ik aan boord geweest van Hr.Ms. "Zeeleeuw", een van de onderzeeboten waarop mijn pa gevaren heeft. Wat een benauwde en stinkende ruimte zeg!
Pa liet zien hoe hij tegen de torpedo's sliep, hoe zijn werkplek, de radiokamer, eruit zag en de rest van de drijvende holle pijp. Ik kon me niet voorstellen dat zo'n ruimte gevuld met zo'n 50 man weken of maanden lang aan het varen was.
Hr.Ms. Overijssel
Pa is heel selectief met het fotograferen bezig geweest. Er zijn maar een paar foto's van de schepen, maar de Karel Doorman en de beide onderzeeboten ontbreken. Misschien had hij die al te vaak gezien. De torpedobootjagers en onderzeeboten verlieten spoorslag het Smaldeel om koers te zetten naar (Nederlands) Nieuw Guinea. Daar waren infiltraties gaande van Indonesische militairen.
Later kwamen Hr.Ms. Overijssel en Rotterdam, ook torpedobootjagers, op bezoek en het fregat Dubois. Ook de buren van het vaste land, Venezuela, kwamen een keer kijken met de Almirante Clemente.